Abstract
Intermedialiteit is in. Ongetwijfeld is de enorme impact van de nieuwe media daar debet aan. Mediatheorie en -geschiedenis lopen aan de frontlinie van het culturele onderzoek. De literatuurwetenschap wil niet te zeer achterblijven en hijst met intermedialiteit de vlag van de vernieuwing. Helemaal onproblematisch is dat niet, want de term intermedialiteit mag dan hip zijn, het is doorgaans niet erg duidelijk welke lading zij dekt. Intermedialiteit loopt zo het gevaar het zoveelste modieuze containerbegrip te zijn dat het banier van de literatuurstudie siert om een jaar of tien vrolijk te staan wapperen totdat het weer vervangen wordt door een vaandel dat een nieuwe vernieuwing aankondigt. Wat zijn precies de problemen met intermedialiteit?